De band tussen kiezer en gekozene

CONCEPT 28 juli 2019

In ons democratisch bestel is het van belang dat kiezers vertrouwen hebben in de volksvertegenwoordiging. Strikt genomen zou het voldoende moeten zijn dat je als burger een keer in de vier jaar je stem uitbrengt zonder dat je je verder ergens zorgen over hoeft te maken. Het nemen van beslissingen in het publieke domein ligt in veilige handen, bij de volksvertegenwoordiging. 

Kennelijk is dat vertrouwen niet vanzelfsprekend. We gaan ervan uit dat de gekozene zijn beloftes nakomt, zijn werk naar behoren doet en op gezette tijden van zich laat horen om verantwoording af te leggen. Is dit een verantwoordelijkheid van de individuele volksvertegenwoordiger of van diens politieke partij? Mij dunkt dat dit uiteindelijk een verantwoordelijkheid is van het individu. Politiek is hoe dan ook mensenwerk.

Hoe belangrijk is het eigenlijk voor een kiezer om op een persoon te stemmen in plaats van op (het gedachtengoed van) een politieke partij? 

Ik heb wel meegemaakt dat een kandidaat-raadslid een behoorlijk aantal voorkeurstemen wist binnen te halen en dat ditzelfde lid vier jaar later hetzelfde aantal wist te scoren, terwijl hij op de lijst van een andere politieke partij stond. Kennelijk maakte het voor de kiezer niet uit voor welke politieke partij het kandidaat-raadslid op de lijst stond. Vertrouwen in de betreffende persoon is wel degelijk belangrijk.

Maar stel nu dat het betreffende raadslid niet zou zijn gekozen, dan gaat de uitgebrachte stem naar iemand anders van de politieke partij van dat raadslid. Wil je dat dan als kiezer?

Het is wat dat betreft logischer om eerst de voorkeur voor een politieke partij te bepalen en pas daarna te kiezen voor een kandidaat van de betreffende partij.

Hoe dan ook zijn beide invalshoeken (kandidaat en partij) belangrijk. Het gaat uiteindelijk om de juiste balans.

In 1997 heeft de Tweede Kamer gediscussieerd over de wijziging van de Kieswet. Een van de voorstellen betrof de verlaging van de voorkeurdrempel naar een kwart van de kiesdeler (bij gemeenten boven de 20.000 inwoners). Dit betekende dat kandidaat-raadsleden gemakkelijker op eigen kracht een raadszetel zouden kunnen bemachtigen en minder afhankelijk zouden zijn van de plek op de kandidatenlijst.

Ik voorzag destijds dat dit zou leiden tot kwaliteitsverlies van het gemiddeld raadslid en dus van de gemeenteraad. De invloed van de politieke partij op de samenstelling van de toekomstige fractie neemt af, omdat kandidaten die op een onverkiesbare plek staan en de voorkeurdrempel halen kandidaten die op een verkiesbare plek staan van hun troon stoten.

Rechttoe, rechtaan geredeneerd: ervan uitgaande dat het selectieproces van de politieke partij meer kwaliteit op de lijst bovenaan dan onderaan positioneert, leidt doorkruising van de kandidatenlijst tot kwaliteitsverlies.

Ik heb in 1997 contact gezocht met PvdA-woordvoerder Peter Rehwinkel en hem op basis van concrete berekeningen ervan overtuigd dat een verlaging van de kiesdrempel van de halve naar een kwart kiesdeler een slechte zaak zou zijn. Hij ging mee met mijn verhaal, maar het lukte hem helaas niet om coalitiepartner VVD mee te krijgen en dat leidde uiteindelijk tot een meerderheid in de Tweede Kamer om de wetswijziging wel door te voeren.

Ik vrees dat de praktijk mij gelijk heeft gegeven. Minder kwaliteit, waarvan ik me afvraag wie daar dan mee is gediend. Daarnaast heb ik nog de volgende negatieve effecten kunnen waarnemen.

Voor de verlaging van de kiesdrempel voerden kandidaat-raadsleden van een politieke partij hand in hand campagne om een zo goed mogelijk resultaat voor de partij te scoren (het halen van de voorkeurdrempel was toen voor weinigen weggelegd). Nadien zijn deze personen campagne gaan voeren voor een zo goed mogelijk persoonlijk resultaat (vele kandidaten halen de drempel en dan geldt de regel dat de meeste stemmen de doorslag geven).

Ik heb ook een praktijkvoorbeeld gezien van een partij die jongeren een hoge plek op de lijst in het vooruitzicht stelde, deze die plek ook gaven, maar de oudgedienden wisten de jongeren met hun massa aan voorkeurstemmen te verjagen. Exit jongeren, nooit mee teruggezien.

Ik weet dat het gek klinkt om de invloed van kiezers te beperken en die van politieke partijen te vergroten. In paragraaf x.x heb ik uitgelegd waarom het belangrijk is dat de intermediaire positie van politieke partijen in de representatieve democratie moet worden hersteld en verstevigd.

Eind vorig jaar presenteerde de Staatscommissie parlementair stelsel - ook wel naar zijn voorzitter de commissie Remkes genoemd - met een heel pakket aan voorstellen om het parlementaire stelsel en de parlementaire democratie toekomstbestendig te maken.[i]

Een van die voorstellen heeft betrekking op de versteviging van de band van de kiezer met de gekozene door een aanpassing van het kiesstelsel. De kiezer krijgt dan de mogelijkheid om op een partij te stemmen of op een kandidaat.

Waarom de commissie dit voorstel doet is mij niet helder. Ik vermoed dat men heeft gedacht dat het vergroten van de invloed van de kiezer op de samenstelling van de volksvertegenwoordiging een passend antwoord is op de onvrede van de kiezer over het functioneren van de politiek en de politici.

De commissie laat niet zien waarom het huidige kiesstelsel debet aan die onvrede zou zijn. En dat een aanpassing van dit stelsel dus een logische stap in de goede richting zou zijn.

Gemakshalve heeft de commissie het uit 2006 daterend voorstel van het Burgerforum kiesstelsel uit de kast gehaald. In november 2006 adviseerde het burgerforum kiesstelsel om kiezers voortaan te laten stemmen op ofwel een partij, ofwel een specifieke kandidaat. De evenredige vertegenwoordiging moest gehandhaafd blijven, maar de voorkeurdrempel moest verdwijnen.[ii]

Het voorstel ziet er als volgt uit.

Als ik het allemaal goed begrijp dan bepaalt het aantal stemmen uitgebracht via de partijlijst en het aantal stemmen uitgebracht via de personenlijst het aantal zetels dat via de ene lijn of de andere lijn wordt ingenomen.

Voorbeeld. Als een kiezer op de VVD wil stemmen dan stemt hij nu op een van de kandidaten van de VVD. Als hij niet een bijzondere voorkeur heeft voor een kandidaat dan stemt hij op lijstrekker Mark Rutte. Het kan ook zo zijn dat hij bewust op de persoon van Mark Rutte stemt. Met andere woorden Rutte ontvangt (als lijsttrekker) VVD-stemmen en hij ontvangt persoonlijke voorkeursstemmen. In het nieuwe stelsel gaat de eerste groep stemmen op de partijlijst (VVD) en de tweede groep op de personenlijst (Mark Rutte).

Het is niet denkbeeldig dat Rutte een groot aantal persoonlijke stemmen ontvangt. In dat geval zal het aantal zetels dat de VVD krijgt voornamelijk via de personenlijst worden verdiend. Dat betekent ook dat veel kandidaten de Tweede Kamer binnenkomen op basis van hun persoonlijke stemmen en dat aantal stemmen zou zomaar lager kunnen liggen dan de huidige voorkeurdrempel, want die drempel wordt afgeschaft.

Ik vind dit een rare constructie. Niet alleen is op voorhand ongewis hoe de verdeling tussen de twee lijsten zal uitpakken, ook voor de kiezer wordt het er niet gemakkelijker op. Bovendien neemt de kwaliteit van de gekozenen eerder af dan toe.

Verder leidt dit stelsel ertoe dat de volgende situatie gaat ontstaan. Naarmate de lijsttrekker beter in staat is om voorkeurstemmen te halen neemt het aantal gekozen kandidaten via de partijlijst af. Ik neem aan dat de lijsttrekker invloed heeft gehad op de samenstelling van de lijst. Dat betekent dus dat zijn invloed op de uiteindelijke samenstelling van de fractie afneemt naarmate hij succesvoller is in het binnenhalen van voorkeursstemmen.

Laten we ten slotte niet vergeten dat het smeden van een band met de achterban een belangrijke kwaliteit is van politici. Een dergelijke kwaliteit wordt doorgaans door een politieke partij gehonoreerd en mede van invloed zijn op de plek van de kandidaat op de partijlijst.


[i]Eindrapport van de staatscommissie parlementair stelsel, Lage drempels, Hoge dijken, Democratie en rechtsstaat in balans, Amsterdam, 2018

[ii]https://www.parlement.com/id/vhnnmt7ltkw7/burgerforum_kiesstelsel