januari 21

0 comments

Ook ‘de hooplozen’ en ‘de onmisbaren’ moeten in de Tweede Kamer

By Peter Hovens

januari 21, 2024


Vorige week heb ik aangekondigd dat politiek opvoeden noodzakelijk is als basis voor politieke ambtsdragers, omdat we bekwame en geschikte mensen voor het uitoefenen van het politieke ambt nodig hebben.

Deze stelling ligt nogal gevoelig, omdat men in het algemeen vindt dat iedereen benoembaar moet zijn in een politiek of bestuurlijk ambt. Iedereen moet raadslid kunnen worden of minister. Hierbij verwijst men naar artikel 3 van de Grondwet: ‘Alle Nederlanders zijn op gelijke voet in openbare dienst benoembaar’.

Je haalt niet iemand met twee linkerhanden in huis als loodgieter en je stapt al helemaal niet in een vliegtuig wanneer een eerstejaars student aan de pilotenopleiding in z’n eentje achter de stuurknuppel plaatsneemt. Het is dus niet gek om eisen te stellen aan mensen die een bepaald beroep uitoefenen.

Een van de oorzaken van het verminderd vertrouwen in de overheid vloeit voort uit het gebrek aan vermogen om maatschappelijke vraagstukken op te lossen. Het afnemend geloof in de politiek wordt veroorzaakt door het onvermogen van politici om een band met kiezers te smeden. Het is daarom niet vreemd om ook aan politieke en bestuurlijke ambtsdragers eisen te stellen.

Twee veelgehoorde reacties op het stellen van eisen is:

  1. er moeten niet alleen academisch geschoolden lid van de Tweede Kamer worden;
  2. de volksvertegenwoordiging moet een afspiegeling van de samenleving zijn. 

Kortom, we moeten terughoudend zijn met het stellen van eisen. Maar aan de andere kant willen we ook kwaliteit, toch? Een duivels dilemma.

Tim ’S Jongers spreekt in zijn boek Beledigende Broccoli over de ‘hooplozen’ en Ron Meyer heeft het in het gelijknamige boek over De Onmisbaren. Zij duiden beiden op kansarme mensen, die in ons politieke systeem volstrekt onzichtbaar zijn. Zouden zijn benoembaar moeten zijn in politieke functies? Als het antwoord daarop ‘nee’ is, hoe zit het dan met de afspiegeling? Die kan alleen maar lukken wanneer anderen de honneurs voor de hooplozen waarnemen. 

Meyer toont in zijn boek aan dat de ene sociale klasse niet in staat is om te kunnen zien en voelen hoe het is om deel te zijn van een andere sociale klasse. Dat betekent dus dat, wanneer we uitgaan van het principe van afspiegeling, we per se politici moeten hebben uit de verschillende lagen van de bevolking. Conclusie: ook de onmisbaren moeten een plek in de Tweede Kamer krijgen.

Maar wat betekent dit dan voor de bekwaamheids- en geschiktheidseisen. Kunnen de hooplozen daaraan voldoen? Even terzijde, ik vraag me af hoeveel zittende hoogopgeleide Tweede Kamerleden aan de eisen voldoen. 

Om die vraag te beantwoorden moeten we eerst definiëren wat deze eisen zijn. En daar gaat nog een andere vraag aan vooraf: ‘Welke taken heeft een parlementariër in een ideaal democratisch en rechtsstatelijk model?’

In ieder geval andere dan in ons huidige vastgelopen systeem, waarin een Tweede Kamerlid pas na een periode van vier jaar de weg in Den Haag kent. Dat moet echt anders, dat kan echt anders.

Daarover volgende week meer.

Wil je daar niet op wachten en alvast reageren? Ga je gang.

Peter Hovens
peter@samenwereld.nl
Coöperatie SamenWereld

Peter Hovens

About the author

Peter is bestuurskundige en werkt als consultant voor de (semi-)overheid. Peter is gespecialiseerd in het leiden van veranderingsprocessen, waarbij het grondvlak van de samenleving steeds het vertrekpunt is.

{"email":"Email address invalid","url":"Website address invalid","required":"Required field missing"}

You might also like

Ontvang de nieuwe  blogs via e-mail